uit AD Zoetermeer 23 februari 2019
'Webwinkels moeten voortaan in winkelcentra'
Wethouder wil aanpassing beleid uit 2007
RÉMON VAN ZUIJLEN
Internetwinkels die ook klanten over de vloer krijgen, worden wat de gemeente betreft ondergebracht in winkelcentra. Nu zijn deze webshops vaak te vinden op bedrijventerreinen, maar dat is volgens wethouder Iedema niet de bedoeling.
Spullen kopen via internet is enorm populair en het gevolg is dat er steeds meer webwinkels komen in Zoetermeer. Maar het detailshandelsbeleid van de gemeente dateert al uit 2007 en dus ontbreken er regels voor deze nieuwere webwinkels. Dat constateert economiewethouder Jan Iedema.
Wat hem betreft is het winkelbeleid aan onderhoud toe en dus komt hij met een voorstel voor aanpassing. Het gaat dan om de binnenstad met het Stadshart, het Woonhart en de Dorpsstraat, om buurt- en winkelcentra en om detailhandel buiten de winkelcentra. Iedema wil voor die laatste categorie enkele nieuwe regels opstellen.
Het provinciale beleid en dat van de gemeente zijn nu gericht op bundeling van winkels in het stadscentrum en in winkelcentra. Er zijn zelfs regels voor welk soort winkels zich waar mag vestigen. Uitzonderingen zijn er ook: zo zijn winkels met grote goederen - denk aan autohandels, tuincentra en bouwmarkten - vaak aan de rand van de stad te vinden. En op die bedrijventerreinen zitten vaak ook wel enkele webshops. Die zijn daar echter níet toegestaan.
Een klassieke internetwinkel is geen normale, fysieke winkel maar een loods van waaruit goederen worden verzonden. 'In de praktijk komt het voor dat deze webshops met een afhaalpunt uitgebreid worden met een webshop, want klanten willen producten toch kunnen voelen of passen. (...) Hiermee verdwijnt het onderscheid tussen de webwinkel en de normale winkel', verklaart Iedema in zijn voorstel aan de gemeenteraad. Wat hij nu wil is dat internethandel waar klanten welkom zijn enkel wordt toegestaan op heel drukke locaties, zoals op stations, bij tankstations of in winkelcentra.
Internetafhaalpunten kunnen volgens de wethouder een positieve bijdrage leveren aan winkelcentra. Dit vanwege de aantrekkingskracht van de winkels en de kans op 'combinatiebezoek'. Wel laat hij weten dat een en ander betekent dat ook de bestemmingsplannen van bedrijventerreinen moeten worden bijgewerkt.