"Alsof er geen crisis is, blijven niet alleen in het bedrijfsleven, maar inmiddels ook in de collectieve sector de mensen aan de top krankzinnig hoge inkomens toucheren. Dat schrijft Thomas von der Dunk.
De toon van de troonrede was gematigd, vergeleken bij het rechtse vingeraflikken en inbrekermeppen waarvan eerdere verklaringen van de premier bol stonden, ook omdat Rutte wel snapte dat hij het staatshoofd moeilijk Wilderstaal kon laten uitslaan.
Daar zorgde bovendien Wilders zelf al voldoende voor - en eindelijk leek het CDA enigszins door te krijgen met welk schorriemorrie zij zich in deze gedoogcoalitie verbonden heeft. Maar waar CDA-fractieleider Van Haersma Buma daarover tenminste zijn mond open deed, keek de hele VVD-partijtop, als inmiddels gebruikelijk, weer stelselmatig de andere kant op.
Gematigd
De toon van de troonrede was gematigd - maar is de inhoud van het aangekondigde beleid dat ook? Door de aanhoudende crisis komt de overheid immers in veel grotere geldnood als voorzien, en hoe maatschappelijk evenwichtig zijn de oplossingen die deze coalitie in petto heeft?
Extra bezuinigingen zouden nodig zijn - de vraag is welke, en in de vervolgens gemaakte keuzes manifesteert zich de asociale rechtsheid van dit kabinet. Hoe eerlijk worden de lasten verdeeld? Hoeveel gaan welke groepen er in koopkracht op achteruit?
Hoeveel leveren de veroorzakers van het gigantische begrotingstekort in, zoals de bonanerende bankiers van ABN/AMRO die de staat dwongen met miljarden bij te springen om implosie van het financiële stelsel te voorkomen?
Of, om de vraag anders te stellen: hoeveel moet er nog kapot bezuinigd worden op de zorg en het onderwijs, hoeveel mensen moeten door verlies van hun PGB ook hun zelfstandig leven inleveren, voordat deze coalitie het heiligste van alle heilige rechtse huisjes durft aan te pakken: de miljonairs-villasubidie?
Hoe fair is het dat vooral de lagere en middeninkomens het gelag betalen, en de hogere vrijwel buiten schot blijven, omdat ook in Nederland - net als in Amerika - elke verhoging van de hoogste belastingsschijf taboe is verklaard?
Royale Balkenendenorm
Een gebrek aan fairness: dat verklaart veel van de maatschappelijke onvrede van dit moment. Alsof er geen crisis is, blijven niet alleen in het bedrijfsleven, maar inmiddels ook in de collectieve sector de mensen aan de top krankzinnig hoge inkomens toucheren, waarbij met een beroep op 'de markt' - en (dus) hun vermeende eigen onmisbaarheid - keer op keer de toch al zeer royale Balkenendenorm wordt overschreden.
Van de extra kwaliteiten, die zulke exorbitante salarissen dan zouden rechtvaardigen, blijkt in de praktijk vervolgens weinig. Het meest navrante voorbeeld vormt de bestbetaalde zorgbestuurder van Nederland, directeur Paul Smits van het Maasstad Ziekenhuis in Rotterdam: twee dozijn bacteriedoden bleken voor hem morele reden om financieel gas terug te nemen.
Verworven rechten: die blijken in dat geval plotseling onaantastbaar, net zoals bij de villasubsidieverslaving. Het kabinet blijkt stelselmatig onwillig en onmachtig deze ongelijke behandeling aan te pakken - en de oppositie laat het kabinet daar veel te makkelijk mee wegkomen.
Dramatische gevolgen
Ongelijke behandeling: daar gaat het hier namelijk om. Verworven rechten blijken, nu de nood hoog is, voor gewone werknemers immers niet te tellen. Dat is juist de afgelopen weken met dramatische gevolgen gebleken, want dat gevoel van ongelijke behandeling vormt een belangrijk deel van de psychologische achtergrond bij het hevige verzet tegen het pensioenakkoord dat nu de FNV heeft doen splijten.
Die strijd om de pensioenen is zeker gedeeltelijk een strijd tussen insiders en outsiders: de vakbeweging steunt vooral op insiders, namelijk op ouderen met een vaste baan die niets van hun in het verleden bevochten rechten willen opgeven, zodat de outsiders, veelal jongeren met een tijdelijke aanstelling, vaak het nakijken hebben.
Maar dat is niet het hele verhaal. Ten eerste: de verhoging van de AOW-leeftijd moge macrodemografisch logisch zijn, op microniveau spreekt de praktijk de betoogde noodzaak van langer doorwerken hard tegen.
Wie op z'n vijfenvijftigste op straat komt te staan, komt echt niet meer aan de slag - particuliere werkgevers geven stelselmatig de voorkeur aan jongeren: flexibeler, goedkoper en makkelijker zwaarder belastbaar. Zeker in de zware lichamelijke beroepen is dat niet zonder belang: de schade van het forceren komt pas later.
Pensioenpot
En ook bij de overheid weet de ene hand niet wat de andere doet: wie de 60 is gepasseerd wordt met zachte drang duidelijk gemaakt dat hij ten gunste van een jongere op moet krassen. Verhoging van de AOW-leefijd naar 67? Zorg eerst maar eens dat ieder die 64 is, aan de slag kan blijven, anders is zo'n verhoging slechts een verschuiving van de collectieve lasten van de pensioenpot naar de bijstand.
Ten tweede: door alleen maar 'jong' tegen 'oud' uit te spelen, wordt volledig voorbijgegaan aan de enorm gestegen inkomensverschillen als gevolg van decennia lange neoliberale denivellering.
Die begon in het bedrijfsleven, waar de top inmiddels meer dan het tienvoudige verdient van wat dertig jaar terug gangbaar was, zonder dat de salarissen van de gewone werknemers ook maar bij benadering zijn meegestegen. En vervolgens heeft de 'marktwerking' in de collectieve sector onder verwijzing naar de particuliere hetzelfde perverse effect gehad.
Wie de komende drastische bezuinigingsmaatregelen maatschappelijk acceptabel wil maken teneinde grote onrust te voorkomen, zal allereerst daar wat aan moeten doen. Anders is de onrust binnen de FNV nog maar een voorproefje van wat ons te wachten staat."