5. Wat moet er gebeuren? In de eerste plaats het uitbetalen van de met de certificaathouders afgesproken vergoeding aan het eind van het eerste kwartaal 2020. Het getuigt van onbehoorlijk bestuur om rond de datum waarop de vergoeding wordt uitgekeerd, te besluiten dit niet te doen. Er is wel een covid-19 crisis maar nog lang geen crisis van de Rabobank (zie uitspraken van de bestuurder in Buitenhof). In de tweede plaats kan aan de certificaathouders, waarmee ten slotte een contract is aangegaan, worden voorgelegd op welke wijze de Rabobank met de vergoedingen na het eerste kwartaal wil omgaan. Met de certificaathouders kunnen alternatieven worden besproken, waaruit de certificaathouders kunnen kiezen. Alternatieven zijn bijvoorbeeld directe beeindiging van het contract, opschuiven van de uitbetaling van de vergoeding naar 1 oktober of andere datum, en dergelijke. Let wel, als de klant een contract met de bank wil opzeggen of wijzigen dan kan dat meestal niet zonder dat de klant een boete moet betalen. Als de bank een contract met een lid en/of klant wil wijzigen, dan ...........
6. Bestuurders van de Rabobank, tart je eigen imago niet, wees eerlijk en betrouwbaar jegens je eigen leden en klanten (en daarmee je eigen medewerkers). Ga in gesprek met je certificaathouders, biedt ze voor hen aanvaardbare alternatieven en maak goed wat je, vooral ook in moreel opzicht, hebt geschaad.