Nederlandse verzekeraars bieden goede beleggingskansen
De verzekeringssector is met drie ondernemingen goed vertegenwoordigd in de AEX. Een daarvan,
Aegon, is een oude bekende. De twee andere, NN Group en ASR Nederland, zijn in 2014 en 2016 op de
beurs geïntroduceerd nadat ze in de nasleep van de financiële crisis van 2008 werden afgesplitst van
hun toenmalige moederbedrijven, respectievelijk ING en Fortis. NN Group werd meteen na de afsplit-sing naar de beurs gebracht en bij ASR gebeurde dat in de vorm van privatisering nadat de aandelen
een aantal jaren in overheidshanden waren geweest.
Beide bedrijven hebben zich sinds de beursintroductie positief ontwikkeld.
Voor alle drie de verzekeraars geldt dat ze in 2020 relatief weinig problemen van de coronacrisis hebben ondervonden. In sommige sectoren bleven de inkomsten weliswaar achter, maar dit kon vaak geheel
of gedeeltelijk worden gecompenseerd door een lagere schadelast. Dat laatste was onder meer het geval bij autoschades, die aanzienlijk lager waren als gevolg van de lagere mobiliteit. De beperkte schade door corona was ook terug te vinden in de koersen:
na de uitbraak begin 2020 volgde er, zoals overigens bij vrijwel alle beursfondsen, een sterke koersdaling,
die echter snel weer werd goedgemaakt. De koersen van Aegon en ASR liggen nu ongeveer op het niveau
van voor het uitbreken van de crisis en die van NN Group ligt er duidelijk boven.
De resultaten van (vooral levens)verzekeraars, en daarmee de koersen, worden traditioneel voor een
deel bepaald door de rentestand: een hogere rente betekent dat de contante waarde van de (pensioen)
verplichtingen lager wordt, en omgekeerd. Eind mei en begin juni daalden de koersen van de verzekeraars dan ook relatief sterk toen de kapitaalmarktrente na maanden van gestage stijging weer begon te dalen. Dit staat echter in contrast met een studie van analisten van Berenberg, die concludeerden dat de Nederlandse verzekeraars het risico-effect op hun langlopende verplichtingen grotendeels hebben afgedekt, waardoor het effect van rentebewegingen op de resultaten beperkt zou zijn.
Het productassortiment van de drie verzekeraars loopt niet veel uiteen, zij het dat er wel verschillen in
accenten zijn. Qua internationalisatie zijn er wel ver-schillen: Aegon is de meest internationale verzekeraar, terwijl ASR vrijwel uitsluitend in Nederland actief is.
Rond Nederlandse verzekeraars heeft lang onzekerheid geheerst over de zogenaamde woekerpolissen:
beleggingspolissen waarop onevenredig hoge kosten in rekening werden gebracht. Er zijn inmiddels tal
van schikkingen en rechterlijke uitspraken geweest en het probleem lijkt nu wat meer naar de achter-grond te zijn gedrongen. Er lopen nog diverse zaken, maar de risico’s op hoge schadevergoedingen lijken
momenteel inmiddels beheersbaar te zijn.
Aberfeld InternationalAnalyse
ASR Nederland omvat de Nederlandse verzekeringsactiviteiten van het voormalige Fortis-concern,
dat in 2008 ten onder ging als gevolg van de financiële crisis en de te dure overname van een deel
van ABN AMRO in 2007. ASR werd genationaliseerd en is sinds 2016 weer beursgenoteerd. In 2017
verkocht de Nederlandse staat de laatste aandelen, waarmee het privatiseringsproces was voltooid.
De onderneming is als financiële dienstverlener onder meer actief op het gebied van levens- en
schadeverzekering, zorgverzekering, pensioenen, vermogensbeheer en hypotheekverstrekking. Dat
gebeurt onder meer onder de merken a.s.r., Ditzo, Europeesche Verzekeringen en Ardenta.
Hoewel ASR na de nationalisering van Fortis en de beursintroductie in 2016 met een schone lei lijkt te zijn
begonnen, wordt de onderneming nog wel bezocht door spoken uit het verleden. Eerder dit jaar leed
de onderneming een nederlaag bij de Hoge Raad in een zaak die door een voormalige eigenaar van een
assurantiekantoor was aangespannen. Deze meen-de dat ASR hem in 2003 onder valse voorwendselen
zijn bedrijf had ontfutseld voor een veel te laag bedrag (€1). Aanvankelijk hadden lagere rechters ASR in
het gelijk gesteld met als argument dat de zaak was verjaard, maar de Hoge Raad meende dat dit niet terecht was. De zaak moet nu door het gerechtshof in Den Bosch opnieuw worden behandeld. De schade
lijkt in dit geval overigens te overzien, want er wordt een bedrag van €10 miljoen aan schadevergoeding
geëist. Daar komen in het ergste geval nog rente en kosten bij, maar ook dan valt het te betalen bedrag
in het niet bij de winst van €657 miljoen die ASR in 2020 heeft behaald.
Evenals collega NN heeft ASR in de eerste helft van dit jaar een programma voor de inkoop van eigen
aandelen uitgevoerd. Het ging in totaal om €75 miljoen en het programma werd in mei voltooid.
Er is weinig bekend over de gang van zaken in 2021 tot nu toe, omdat ASR net als NN Group geen
kwartaalberichten publiceert. Bij de publicatie van de cijfers eerder dit jaar is er weinig over de toekomst
gezegd. Wel werd opgemerkt dat de effecten van de coronacrisis op lange termijn nog onzeker waren,
en dat ASR groeikansen ziet bij het opheffen van het tekort aan betaalbare huurhuizen. Van belang is hoe
het midden- en kleinbedrijf, een belangrijke doelgroep van ASR, zal reageren op de afbouw van de
coronasteunmaatregelen in de komende maanden.
Het halfjaarbericht wordt op 25 augustus gepubliceerd.