Ter info:
Uit DFT avond nieuws:
Ballast Nedam zwakste broeder
Beleggers lopen leeg op bouwers
Foto: Jos Schuurman
Deel op FB 0
Share on Facebook
in
Share
.
.
AMSTERDAM - Van alle beursgenoteerde aannemers presteerde Ballast Nedam het slechtst in 2014. Maar beleggers verloren ook op BAM en Heijmans.
Door Joris Polman
Ballast Nedam staat sinds oudejaarsdag in de etalage. Maar wie wil investeren in deze aannemer moet een sterke maag hebben. Van iedere euro die beleggers in de bouwreus uit Nieuwegein hadden zitten op 1 januari 2014 is een jaar later nog maar 47 cent over.
Erik van der Noordaa, voorzitter van de raad van bestuur van Ballast Nedam.
Erik van der Noordaa, voorzitter van de raad van bestuur van Ballast Nedam.
Foto: Thijs Rooimans
Het was dan ook een rampjaar voor Ballast Nedam. Het concern nam afscheid van topman Theo Bruijninckx. Hij had afgerekend met een groot omkoopschandaal in Saudi-Arabië en de contouren neergezet voor een ingrijpende herfinanciering. Maar dat wilde niet zeggen dat zijn opvolger in een gespreid bedje is geland. Erik van der Noordaa worstelt met de afwikkeling van het project A15 Vaanplein. Ballast Nedam heeft al €100 miljoen verlies moeten nemen. Dat bedrag kan nog verder oplopen. De uitkomst van een arbitragezaak tegen opdrachtgever Rijkswaterstaat is ongewis.
Het Vaanplein bij Rotterdam. In opdracht van Rijkswaterstaat verbreedt Ballast Nedam hier de A15.
Het Vaanplein bij Rotterdam. In opdracht van Rijkswaterstaat verbreedt Ballast Nedam hier de A15.
Foto: Dijkstra bv
De problemen zijn symptomatisch voor de sector die zich nu al jaren kenmerkt door slecht nieuws. Geen branche is sinds de crisis zo hard getroffen. Zo’n honderdduizend bouwvakkers verloren hun baan; enkele duizenden daarvan werkten voor de beursgenoteerde bedrijven.
En ook in 2014 kwam er geen einde aan de vrije val van de bouwers. BAM, de grootste aannemer met een beursnotering, verloor miljoenen op infraprojecten in Duitsland en Engeland. Het bleek één winstwaarschuwing te veel voor Nico de Vries. De gedesillusioneerde topman maakte aan het einde van de zomer plaats voor Rob van Wingerden.
Nico de Vries, oud-topman van BAM.
Nico de Vries, oud-topman van BAM.
Foto: René Bouwman
Voor Heijmans begon het jaar nog redelijk, maar ook deze aannemer dook afgelopen zomer in de rode cijfers. Geen grote missers hier. Het bedrijf heeft over de gehele linie te maken met ’magere resultaten’.
Beleggersvereniging VEB waarschuwt al langer voor het versleten verdienmodel: „Stuk voor stuk worden de bedrijven geteisterd door weinig werkaanbod, moordende concurrentie, lagere prijzen en projecttegenvallers. Zo leveren bouwwerken zelfs bij de voorcalculaties al nauwelijks geld op. Ook betalen opdrachtgevers rekeningen later dan voorheen, duurt het langer voordat bouwbedrijven mogen facturen en ontaarden projecten vaker in gesteggel over wie voor welke meerkosten moet opdraaien.”
Er zijn weinig aanwijzingen dat het in 2015 allemaal beter zal gaan. Het herstel van de woningmarkt stagneert, de economische groei blijft mager, de marges blijven laag. Ook dit jaar kunnen de grote aannemers zich geen nieuwe missers permitteren op grote projecten.
Voor analist Corné van Zeijl van Actiam is het probleem eenvoudig. „De bouw innoveert te weinig. De bedrijven lijken te veel op elkaar.” In de moordende concurrentieslag is stunten met de prijs het belangrijkste, zo niet het enige wapen.
Grote vraag is of de aannemers in staat zijn zichzelf opnieuw uit te vinden. Of anders op te gaan in een fusie of overname. Slagen ze daar niet dan zullen beleggers moeten wennen aan de hevige, vaak onverklaarbare koersschommelingen, aan winstwaarschuwingen en projectverliezen. In dat geval zal investeren in bouwers ook in 2015 alleen zijn weggelegd voor beleggers met een sterke maag.
Deel op FB 1
Share on Facebook
in
Share
.
.
Columnist Jaap van Duijn.
Column Jaap van Duijn: Zolang de lonen niet dalen, is deflatie een zegen
Foto: Johannes Dalhuijsen / De Telegraaf
Deel op FB 0
Share on Facebook
in
Share
.
1
.
“Zolang de lonen niet dalen, is deflatie een zegen.”
Jaap van Duijn
De meeste mensen weten inmiddels wel dat de olieprijs het laatste halfjaar is gehalveerd, maar niet iedereen weet dat sinds juni veel meer grondstoffen goedkoper zijn geworden.
Door Jaap van Duijn
De meest gehanteerde index van grondstoffenprijzen, de CRB-index, is in zes maanden tijd met 25% gedaald. In die CRB-index zit van alles: olie, gas, ijzer, koper, goud, maar ook tarwe, rijst, sojabonen, katoen, rundvlees, cacao, suiker en nog veel meer: alle grondstoffen die gebruikt worden om ons eten, onze kleding, gebouwen en vervoermiddelen te maken en ons van energie te voorzien. Als de prijzen van al die grondstoffen in een half jaar tijd gemiddeld een kwart goedkoper worden, is er iets ernstigs aan de hand.
De scherpe prijsdaling, vooral in de laatste twee maanden, maakt dat de CRB-index nu weer op hetzelfde niveau is als in 1974. Het is nauwelijks voorstelbaar: in veertig jaar tijd zijn grondstoffenprijzen, in dollars gemeten, gemiddeld genomen gelijk gebleven, terwijl in diezelfde tijd het algemeen prijspeil meer dan verdrievoudigd is. Het betekent een paar dingen. Ten eerste: van een tekort aan grondstoffen is geen sprake. Ondanks een groei van de wereldeconomie sinds 1974 van gemiddeld 3,5% per jaar en ondanks alle terechte zorgen over de uitputting van de aardse hulpbronnen, zijn de prijsverhoudingen voor de producenten van grondstoffen sterk verslechterd. Dat duidt eerder op een teveel dan op een tekort. Ten tweede: wie rijk wil worden, kan beter geen boer of mijnbouwer worden. Grondstoffenproducenten kunnen alleen overleven door voortdurende productiviteitsstijgingen, die de kostprijs verder en verder omlaag duwen.
Prijsdalingen kunnen het gevolg zijn van afnemende vraag, of van toenemend aanbod, dan wel van een combinatie van beide. De recente prijsdalingen lijken vooral veroorzaakt te zijn door veranderingen aan de aanbodkant, die zelf weer een gevolg zijn van de sterke grondstoffenprijsstijgingen in de periode tussen 2004 en 2008. Het is de klassieke varkenscyclus. Hoge prijzen lokken nieuwe investeringen uit. Na een aantal jaren zijn nieuwe