The Third Way... schreef op 7 januari 2020 08:13:
FD vandaag, Bartjens:
BAM's gedroomde margesRob van Wingerden, vijf jaar de baas bij BAM, het grootste bouwconcern van Nederland, heeft nog nooit eens lekker op zijn winstmarge kunnen proosten. Ja, misschien op de marge van 2,1% in 2018. Maar voor de rest zijn de scores duidelijk lager. Ook voor 2019 haalt Van Wingerden geen fles uit de kelder: 'rond 1%' verwacht hij.
Belangrijkste oorzaak zijn de tegenslagen de afgelopen jaren bij een aantal grote projecten, waarbij het bedrijf te veel risico heeft genomen. Zoals de zeesluis IJmuiden, die BAM miljoenen kostte. Het overkwam meer bouwbedrijven bij Nederlandse infraprojecten.
De zeperds hangen samen met het afgelopen vijftien jaar sterk opgekomen fenomeen van publiek-private samenwerking (pps). De belangrijkste infra-opdrachtgever, Rijkswaterstaat, schoof steeds meer risico’s naar de aannemers. Die accepteerden die risico’s gezien de krappe markt destijds. De balans sloeg te ver door, ten koste van de opdrachtnemer, zo zegt Van Wingerden nu.
Inmiddels weigert BAM — en ook andere bouwers — nog grote infrarisico’s aan te gaan. Verder heeft het Bunnikse bedrijf de orderportefeuille en de risicoprocedures verbeterd, een nieuwe bestuursstructuur opgezet en de bedrijfsvoering efficiënter gemaakt.
In juli was er toch nog een winstwaarschuwing vanwege een tegenvaller eerder dit jaar bij projecten in Duitsland en het Midden-Oosten. Het leidde tot weer een schrale marge in 2019. Toch rekent Van Wingerden voor 2020 op een koene marge van 2% tot 4%.
Zelfs 4%? Analisten zijn terughoudend. De consensus van de analisten geraadpleegd door Bloomberg ligt voor BAM voor 2019 op 1,1% en rond de 2,5% in 2020 en 2021. Een opgaande lijn, maar geen 4%.
Laten we eens kijken wat BAM de afgelopen 16 jaar heeft klaargespeeld. We gaan terug tot 2002. Toen nam toen BAM concurrent HBG over en werd twee keer zo groot. Van al die jaren gebruiken we net als BAM het ‘gecorrigeerd resultaat voor belastingen’ — dus zonder kosten voor herstructurering, bijzondere waardeverminderingen en pensioenbaten — als percentage van de opbrengsten.
Wat zien we? Gemiddeld een marge van 2,1%. Maar slechts drie keer boven de 3% in jaren als 2007 en 2008. Dat was de tijd dat het aantal pps-contracten — en dus de projectrisico’s en valkuilen — nog beperkt waren.
BAM kan zeggen: 'de tijden van minder risico keren terug. Rijkswaterstaat lijkt meer en meer bereid weer risico’s naar zich toe te trekken, ten gunste van de aannemers. Dus die 4% kan lukken'.
Beleggers moeten nog worden overtuigd. Eerst zien en dan geloven. Vrijdag noteerde het aandeel BAM €2,68, nog ver beneden de top van €17,86 op 16 juli van het jubeljaar 2007.