#2
Moeilijk te meten
De China plus one-strategie betekent niet noodzakelijkerwijs dat bedrijven productie weghalen uit China. Vaker wordt besloten uitbreidingsinvesteringen buiten China te doen, signaleert Bert Burger, die als econoom bij exportkredietverzekaar Atradius DSB de Nederlandse overheid adviseert over landenrisico’s in Azië. De trend is moeilijk te meten, omdat de China plus one-strategie zelden openlijk wordt beleden. ‘Probleem is dat bedrijven die al in China zitten de overheid daar niet tegen zich in het harnas willen jagen’, zegt Volberda.
Toegesneden statistieken zijn er niet, alleen enquêtes over intenties en cijfers over investeringen en handelsstromen die in de richting wijzen. Zo daalde het Chinese aandeel in Amerikaanse importen tussen 2018 en 2022 met 6 procentpunt, rekent McKinsey voor, maar nam het aandeel van andere Aziatische landen met ruim 4 procentpunt toe.
En die verschuiving ging in dezelfde periode gepaard met een enorme groei in de handel tussen China en Vietnam (+16%) en Maleisië (+13%). Want ook Chinese bedrijven investeren over de grens, zowel om kosten te besparen als om (toekomstige) Amerikaanse sancties te omzeilen. Kenmerkend is de enorme stijging van directe buitenlandse investeringen in Zuidoost-Aziatische landen (zie graphics).
Vergrijzing
Deze regio is het populairste alternatief voor China. Maleisië en Vietnam voorop. Er zijn voldoende arbeidskrachten, de lonen liggen er nog laag, overheden doen hard hun best om activiteiten aan te trekken. Zomer: ‘Zuidoost Azië is techgedreven, en het onderwijs is goed – beter dan in Zuid- Amerika en Afrika. Zuid-Korea is nog steeds een belangrijke speler, maar heeft hetzelfde probleem als Nederland: geen arbeidskrachten. Vietnam heeft wat dat betreft de meeste ruimte.’
Volberda noemt nog enkele andere landen, zoals Indonesië en India, die in tegenstelling tot het vergrijzende China kunnen bogen op een enorm en groeiend arbeidspotentieel. ‘Grote bedrijven als Intel, Samsung, Amazon en Sony doen grote investeringen buiten China. En niet te vergeten Apple, dat wil produceren in India en Vietnam.’
India is volgens Volberda ‘erg fanatiek’, met name in het aantrekken van IT-bedrijven en laagwaardige productie. Logistiek dienstverlener DHL volgt de klant en investeerde recent in onder meer in Mexico, Maleisië, Vietnam, Indonesië en India. Oscar de Bok, bij DHL verantwoordelijk voor dienstverlening in toeleveringsketens, hanteert hiervoor de term ‘omnisourcing’.
Zuid-Amerika en Afrika profiteren dus veel minder van het wegdraaien van China, mede vanwege de politieke instabiliteit in veel landen op deze continenten. Ook Mexico, waar Amerikaanse automerken al massaal produceren, profiteert nog niet echt, signaleert Greetje Frankena, als econoom bij Atradius gespecialiseerd in Centraal- en Zuid-Amerika. Aansluiten op de Aziatische handelsinfrastructuur rond China is vaak makkelijker, concludeert ze.
Ontkoppeling
Frankena wijst daarnaast op een aantal knelpunten op ‘haar’ continent. ‘Grote landen als Argentinië en Brazilië hebben geen handelsakkoorden met de Europese Unie. Die zijn nodig, want om te profiteren van friendshoring moet je wel vrienden zijn. Bovendien maken hoge kosten voor grensoverschrijdend verkeer de handel met deze landen duur. Ook onderwijs en ondernemingsklimaat schieten tekort. Zuid-Amerika moet echt stappen zetten.’
Zuidoost-Azië komt daarmee vooralsnog als winnaar van de China plus one-strategie uit de bus. Dat maakt de regio sterker, wat ook voor China weer gunstig kan uitpakken. De gedeeltelijke ‘ontkoppeling’ die de VS nastreven lijkt daarmee zo goed als onmogelijk, want zoals gezegd breiden ook Chinese bedrijven uit buiten China.
‘Derisken’, oftewel diversifiëren, de Europese inzet, maakt de handelsstromen logischerwijs nog complexer en daardoor niet altijd veiliger. Atradius-econoom Burger: ‘Vietnam is ook weer afhankelijk van toelevering uit China. Als er nieuwe sancties komen tegen China, of Peking voert zelf een exportstop in, dan worden we evengoed getroffen. Ook al is de productie verplaatst.’