Niets gaat kanker beter te lijf dan je eigen lichaam.
14/12/2019 - 01:03
Bron: De Tijd
Miljardendeals in de farmasector suggereren een stroomversnelling in de strijd tegen kanker. Maar is die er echt? 'Ons lichaam inzetten als wapen is een terechte hype.’
De race om als eerste de heilige graal tegen kanker te vinden is feller dan ooit. De ene farmareus na de andere slokt biotechbedrijven met beloftevolle kandidaat-behandelingen op. Maandag werden zelfs twee miljardendeals beklonken.
De Amerikaanse farmareus Merck betaalt 2,4 miljard euro voor ArQule en zijn potentieel middel voor bloedkanker. Het Franse Sanofi telde 2,2 miljard euro neer voor het Amerikaanse Synthorx, waarvan het verst gevorderde kandidaat-medicijn vaste tumoren wil behandelen. In januari legde Bristol-Myers Squibb 65 miljard euro op tafel voor Celgene, dat kankermedicijnen in portefeuille heeft.
Al die miljardendeals suggereren een stroomversnelling in de strijd tegen kanker. Maar is die er echt? Hoe goed kan kanker al behandeld worden? En wat zijn de revolutionairste doorbraken?
Belgische kankerspecialisten schetsen een genuanceerd, maar vooral een hoopvol beeld. ‘We boekten al successen’, zegt Sabine Tejpar, in het UZ Leuven gespecialiseerd in darmkanker. ‘We boekten grote vooruitgang in de behandeling met medicatie van subtypes met redelijk eenvoudige tumorcellen, met één of twee genetische afwijkingen die we goed kennen. ‘Simpele’ kankers degradeerden we tot een chronische ziekte.’
Tejpar verwijst naar de behandeling van bindweefseltumoren in het maagdarmstelsel en types van longkanker, borstkanker en leukemie. Zelfs als zo’n tumor zich aanpast - een groot probleem in alle kankers - kan die goed ingeperkt blijven dankzij tweedegeneratiemedicatie.
Maar die medicinale aanpak bijt de tanden stuk op complexere tumoren, met meer genetische afwijkingen, die zich nog beter kunnen aanpassen. ‘Kanker is niet één, maar honderden ziektes’, zegt Johan Swinnen, hoofd van het departement oncologie van de KU Leuven. ‘Elke tumor is uniek, ontstaat op andere manieren, woekert door andere factoren, is binnenin vaak heterogeen en verandert voortdurend van gedaante. Als je denkt dat je hem te pakken hebt, vindt hij weer een uitweg.’
Hoop
Toch flakkert de hoop feller dan ooit op. Omdat het wapenarsenaal is uitgebreid met gerichtere therapieën dan het klassieke, botte instrumentarium van chemotherapieën, die ook gezond weefsel aantasten.
Dankzij ontdekkingen in de genetica en snelle DNA-analyseapparatuur kijken onderzoekers naar wat fout loopt in de genen van een kankercel. In onderzoekscentra wereldwijd worden honderden mogelijke mutaties blootgelegd, waartegen intelligente medicatie wordt ontwikkeld. De jongste jaren ontstond zo een arsenaal aan doelgerichte therapieën, tegen één specifiek gemuteerd gen of eiwit dat verantwoordelijk is voor de kwaadaardige celdeling.
En het vizier staat nog verder open. ‘We beperken ons niet meer tot het speuren naar zulke DNA-foutjes’, zegt Swinnen. ‘Met ultrageavanceerde ‘microscopen’ kijken we ook naar andere moleculen in het tumorweefsel waarvan we weten dat ze een rol kunnen spelen. Zoals metabolieten, die energie en bouwstoffen leveren aan kankercellen.’
‘We kijken niet alleen naar kankercellen, maar ook naar andere cellen in de tumor, zoals bloedvatcellen en immuuncellen, om nieuwe doelwitten te identificeren en strategieën te ontwikkelen voor betere, meer gerichte therapieën.’
Een van de revolutionairste inzichten van de voorbije jaren is dat ons eigen lichaam, ons immuunsysteem, een krachtig wapen is. De rode draad in die immuuntherapieën: ze vallen niet rechtstreeks de kankercellen aan, maar schudden slapende immuuncellen wakker om de strijd aan te gaan.
Immuuntherapie kent veel gedaanten. Farmabedrijven produceren bijvoorbeeld geneesmiddelen die de signalen blokkeren waarmee een tumor het immuunsysteem lamlegt. Door die rem weg te nemen heeft ons immuunsysteem meer armslag om foute cellen op te ruimen.
Bij dendritische celtherapie worden afweercellen uit het bloed van patiënten gehaald, opgeladen met extracten van de tumor, en als een vaccin toegediend. Bij CAR-T-celtherapie, die vooral goeie resultaten geeft bij bloedkankers, worden afweercellen afgenomen, in het labo vermenigvuldigd en omgevormd tot een leger soldaten die de tumor doelgericht aanvallen. De aangepaste cellen worden in de bloedbaan van de patiënt gebracht.