Hoe sjofeler het busje, hoe sjofeler het contract
De pakjeskoeriers zijn alomtegenwoordig in deze lockdowntijden. Maar de sector is kwetsbaar voor misbruik, zeker nu in allerijl duizenden extra handen nodig zijn. ‘Als de vraag het aanbod overvleugelt, gaat de lat naar beneden.’
Door Korneel Delbeke
Foto’s Boumediene Belbachir
Zaterdag 12 december 2020 om 3.25 uur
Levent Ipek: ‘Vroeger had ik één bestelwagen voor heel Genk, nu elf. De e-commerce is ontploft.’
‘Zie je die bestelwagen?’, vraag Levent Ipek (45), terwijl hij naar een witte Renault Transit wijst. ‘Daarmee kon ik zes jaar geleden nog alle pakjes voor heel Genk leveren. Vandaag heb ik elf bestelwagens die dubbel zo groot zijn. Genk is niet gegroeid, de e-commerce is ontploft.’
Het is donderdagochtend en om 9 uur staat het depot van PostNL in Sint-Truiden al afgeladen vol met zestig witte bestelwagens en honderden rolcontainers. Alles samen zijn daarop duizenden pakjes gestapeld – van handcrèmes over boeken en elektronica tot meubels toe. Dozen van Bol.com, Coolblue en Amazon springen in het oog, maar vormen niet meer de bulk van de stroom. ‘Alles wordt nu online besteld’, zegt Ipek. Een van zijn collega’s moet straks een grasmaaier inladen.
De kartonnen dozen en plastic enveloppen komen in alle groottes en vormen, wat het stapelen bemoeilijkt. De koeriers hebben zo’n anderhalf uur om hun bestelwagen vol te laden. Iedereen hanteert een eigen systeem. Ipek, die als zelfstandige onderaannemer van PostNL in deze drukke eindejaarsperiode twaalf bezorgers in dienst heeft, geeft elk van hen een zone. Zelf rijdt hij vandaag rond als ‘opruimer’, voor als de volumes de prognose overtreffen of het adres afwijkt van een route.
‘In de eindejaarsperiode is elk busje dat we kunnen vinden, meegenomen’
Niels Mottar
Depotverantwoordelijke PostNL
Alle voorziene plaatsen zijn bezet. Op het leeuwendeel van de busjes prijkt het kenmerkende oranje logo van de Nederlandse postdienst, maar er staan ook heel wat gehuurde of witte voertuigen zonder opschrift tussen. ‘In de eindejaarsperiode is elk busje dat we kunnen vinden, meegenomen’, zegt depotverantwoordelijke Niels Mottar. Met zo’n 30.000 pakjes is het vandaag een ‘relatief rustige dag’, klinkt het. ‘Soms zijn het er 10.000 meer.’ De eerste piek, van Black Friday tot Sinterklaas, was vorige week, en de heropening van de niet-essentiële winkels heeft de druk wat van de ketel gehaald. Maar vanaf volgende week, in de aanloop naar Kerstmis, wordt opnieuw een versnelling hoger geschakeld en volgt een nieuwe test. ‘In Nederland bereikt het aantal pakjes recordhoogtes rond Sinterklaas en valt het stil vanaf januari. Bij ons ligt de piek voor kerst en duurt die tot na Nieuwjaar’, zegt Mottar. ‘Daarna komen de retours.’
‘Uitzonderlijke tijden’
Zijn stem verraadt weinig zenuwen, maar het zijn ‘uitzonderlijke tijden’, geeft Mottar toe. In maart, toen door corona alle niet-essentiële winkels dicht moesten en veel mensen de webshops ontdekten, trok zich in vier dagen tijd een ongeziene golf van pakjes op gang, die de hele logistieke keten in zijn voegen deed kraken en vaak liet vastlopen. Daarna werd het amper kalmer. ‘Elk jaar groeien we organisch’, zegt Niels Mottar. ‘Maar in 2020 werden alle scenario’s van tafel geveegd. Het was een aaneenrijging van piekdagen, we hebben onze manier van werken moeten hertekenen.’ In Sint-Truiden staat een ‘urgentieteam’ van kantoormedewerkers klaar om in te springen als de pakjesstroom te groot wordt.
Wanneer Ipek iets na 10 uur vertrekt voor zijn route, staat buiten aan het depot al een dubbele rij witte bestelwagens aan te schuiven. In totaal zullen hier vandaag 200?busjes uitrijden, verdeeld over zes shiften. De eerste vertrekken rond halfzeven, de laatste tegen halftwaalf. De koeriers hebben tot 21 uur de tijd om hun pakje bij een klant aan te bieden. De aanpalende sorteerhal, die slechts enkele uren geleden tot de nok gevuld was, blijft op enkele rolcontainers na leeg achter. Straks komt een vrachtwagen de retours ophalen.
Boumediene Belbachir
I