Uitstekende scores
Toch scoren ABN Amro en ING uitstekend in verhouding tot andere Europese landen. ING doet dat al langer, maar ABN Amro is de afgelopen jaren bezig met een gestage opmars. Dat is niet per se het gevolg van slimme strategische keuzes, maar ook gewoon de aard van de bank die in 2010 uit nood ontstond na de fusie met Fortis Nederland. Daardoor bestaat het ABN Amro van nu vooral uit een grote Nederlandse hypotheekportefeuille en een boek met Nederlandse mkb-leningen, aangevuld met een private bank voor rijke klanten en wat internationale zakelijke activiteiten.
Daarmee lopen de ontwikkeling van de winst van ABN Amro zo goed als parallel met die van de Nederlandse economie, veel meer dan het geografisch veel meer gespreide ING. Als het goed gaat met de Nederlandse economie gaat het goed met ABN Amro. De Nederlandse banken hebben bovendien meer dan Europese concurrenten de effecten van de lage marktrente op kunnen vangen door de in verhouding hoge depositorente die ze klanten in Nederland bieden te verlagen.
Slechte leningen
En nu de economie en dus het bedrijfsleven goed loopt, hoeven de drie Nederlandse grootbanken bovendien steeds minder opzij te leggen voor slechte leningen. Sterker nog, eerdere toevoegingen aan de stroppenpot vloeien nu deels weer terug naar de winst omdat een aantal bedrijven er tegen de verwachting in weer bovenop zijn gekomen en leningen terug kunnen worden betaald.
Rabobank is met een rendement van 5,8% een vreemde eend in de Nederlandse bijt. Dat komt in de eerste plaats omdat Rabo als coöperatie geen aandelenkapitaal heeft. Het percentage wordt berekend door de winst te delen door de som van de beursgenoteerde certificaten en ver achtergestelde obligaties (Tier1 vermogen). Daarnaast wordt het percentage afgelopen jaar gedrukt omdat de bank bezig is met een grote herstructurering en daar tijdelijk hoge kosten voor maakt.
Rendementen blijven achter
Maar feit blijft dat de rendementen bij de bank uit Utrecht al jaren structureel achterblijven bij de eigen doelstelling en ook lager zijn dan het als rente betaalt op zijn beursgenoteerde certificaten. De nu lopende verbouwing waarbij onder meer twaalfduizend banen worden geschrapt moet daar de komende jaren een einde aan maken.
Gekeken vanuit het zuiden naar het noorden van Europa, nemen de bankrendementen in de regel toe. Scandinavische banken zoals Nordea staan net als de Benelux-banken hoog in vergelijkende lijstjes. Dat steekt schril af met banken in Zuid-Europa. Maar ook Duitse banken kampen nog steeds met structurele problemen. Deutsche Bank kampte met hoge uitgaven voor boetes, terwijl het Italiaanse Unicredit net als andere Italiaanse collega’s vooral veel moest afschrijven op slechte leningen.
De afstand tussen noord en zuid is de afgelopen jaren groter geworden. ‘Banken als ABN Amro, ING en Nordea hebben de crisis al lang achter zich gelaten..Andere banken zijn veel minder ver en kampen nog steeds met verliezen op slechte leningen en boetes', aldus Goy van Deutsche Bank Toch gloort er hoop, zeker voor Franse en Spaanse banken in het middensegment. De lage rente zorgde voor extra pijn, maar die trend lijkt nu voorzichtig gekeerd. ‘Dat zou banken enorm helpen om richting of boven de 10% te komen.'
Kapitaaleisen
Sparen voor Basel 4
Ondanks oplopende winsten boekten veel banken in 2016 toch iets lagere rendementen dan het jaar ervoor. Dat komt omdat de noemer van de breuk, het eigen vermogen toenam. Nederlandse banken leggen net als hun concurrenten al enige tijd kapitaal opzij, omdat er waarschijnlijk strengere kapitaaleisen aankomen. Die schrijven onder meer voor dat er straks meer kapitaal moet worden aangehouden voor hypotheken en mkb-leningen, twee terreinen waarop Nederlandse banken prominent aanwezig zijn.
Het gaat om een spaarpot van miljarden. ABN Amro heeft momenteel een vermogensratio (Core Equity Tier 1) van meer dan 17%, terwijl het eigenlijk een percentage van iets boven de 13,5% wil aanhouden. ING zit boven de 14% en Rabobank rond de 13,5%. Daarmee heeft ABN Amro dus het grootste veiligheidskussen aangelegd, maar tegelijkertijd zal die bank door de grote portefeuille hypotheken naar verwachting ook harder worden geraakt dan de andere twee.
Wanneer de nieuwe eisen onder Basel 4 precies komen is nog onduidelijk. Bekendmaking is tot nader order uitgesteld. De meeste Europese landen waren al tegen de strenge voorstellen, maar sinds de benoeming van Donald Trump tot president is ook de steun van de Verenigde Staten onzeker.
Deel 2.
LZA