Opmerkelijk...
<<<<<<<<<<<<<<
Eigen huis/Drie leugens van links over de hypotheekrente
door Ewout van den Berg
De aftrekbaarheid van de hypotheekrente staat steeds opnieuw ter discussie. Maar de argumenten deugen niet, integendeel, het zijn leugens . Huiseigenaren zouden eigenlijk meer compensatie moeten krijgen dan nu het geval is. De frequentie waarmee de aftrekbaarheid van de hypotheekrente ter discussie staat neemt hand over hand toe.
Eind 2005 heeft de PvdA, onder voorzitterschap van het Brabantse kamerlid Boelhouwers, een uitvoerig rapport beschreven waarin een gelijke behandeling van eigenaar en huurder wordt bepleit.
Ook de Brabantse hoogleraar L.G.M. Stevens zet regelmatig een politieke pet op en pleit voor een afschaffing van de huidige wijze van hypotheekrente-aftrek vanwege het grote voordeel. Opvallend detail is dat beiden het publiek slechts half en dus onjuist voorlichten. Dezer dagen komt zelfs naar voren dat de deze discussie ook invloed heeft op de houding van de financiële adviseurs richting hun cliënten, en onzekerheid creëert.
Eind maart 2006 heeft staatssecretaris Wijn van financiën de resultaten van een onderzoek over de hypotheekrente naar de Tweede Kamer gestuurd. Dit rapport schept helderheid en er zijn interessante conclusies uit te trekken.
Om met leugen nummer 1 te beginnen: het is een feit dat het totale bedrag dat de afgelopen jaren in aftrek wordt gebracht, fors is gestegen. In 2004 bedroeg het netto voordeel van de aftrek van de rente maar liefst 11,3 miljard euro. Dat is een erg hoog bedrag. Veelal wordt gesteld dat dit een rechtstreekse subsidie is voor de huizenbezitter. Dit is niet waar! De huizenbezitter betaalt immers veel kosten terug. aan de overheid, die aan een niet-huiseigenaar (huurder) voorbijgaan. De overdrachtsbelasting, de btw op een nieuw huis, de ozb voor huiseigenaren en nog wat andere kleine rechten genereren voor de overheden een totale inkomstenbron van 8,6 miljard euro per jaar. Dit zijn bedragen die geheel worden gedragen door de bezitters van een eigen woning. Per saldo is er dus slechts sprake van een netto voordeel van bijna drie miljard euro per jaar. Dit voordeel wordt genoten door 3.253.000 huishoudens. Kortom: ieder huishouden met een eigen woning ontvangt slechts gemiddeld 922 euro.
Leugen 2: ’Het voordeel van de hypotheekrente-aftrek komt bijna geheel ten goede aan de rijken.’ Dit klopt niet. Als we naar percentages kijken, zit het grootste netto voordeel bij huishoudens tussen de 30- en 45.000 euro (27 procent) en 45- tot 60.000 euro (22 procent) Dus 49 procent van het totale fiscale voordeel van 11,3 miljard euro wordt genoten door huishoudens met een inkomen tussen een- en twee maal modaal. Inkomens boven de 90.000 euro nemen hierin slechts een aandeel van 13 procent.
Leugen nummer 3 is dat huiseigenaren worden bevoordeeld ten opzichte van huishuurders. Ook deze stelling kan naar het rijk der fabelen. In 2004 bedroeg de huursubsidie 1,7 miljard euro hetgeen werd verkregen door 1.015.000 huishoudens. Per huishouden is dit een bedrag van gemiddeld euro 1.675. Hierboven was reeds aangegeven dat het subsidie per huishouden voor huiseigenaren euro 922 bedraagt. Kortom, geconcludeerd kan worden dat huurders gemiddeld ruim anderhalf maal zo veel worden bevoordeeld boven eigenaren.
Elke huiseigenaar verhuist volgens de NVM gemiddeld genomen eens per zeven jaar en betaalt dan opnieuw 6 procent overdrachtsbelasting. Dit is bijna 1 procent per jaar over de waarde van het huis. De onroerendezaakbelasting voor huiseigenaren bedraagt gemiddeld per jaar per huis ongeveer 0,1 procent netto over de waarde van het huis. Voorts is het netto te betalen eigen-woningforfait ook nog jaarlijks een aantal tienden van een procent. Het is dan ook logisch dat het fiscale voordeel van de hypotheekrente aftrek op zich vriendelijk oogt maar in grote mate te niet wordt gedaan door de andere overheidsheffingen.
Ik hoop dat de wetenschappers zoals Stevens zich voortaan richten op het totale beeld van de woningmarkt en ik kijk uit naar het voornemen van de PvdA om huurders en eigenaren op een gelijke en dus eerlijke wijze te behandelen. Dat zou zelfs moeten inhouden dat de huiseigenaren verder gecompenseerd moeten worden. Hier zal ik maar niet voor pleiten.
Het is wel een feit dat het argument van de Partij van de Arbeid geen hout snijdt. Zonder twijfel zullen ze op zoek gaan naar andere argumenten om huiseigenaren, bezitters van vermogen en hogere inkomens aan te pakken. Het is Wouter Bos maar ook de SP en Groen Links immers niet te doen om gelijkheid, maar om weg te halen waar van zij vinden dat ze weg kunnen halen. Waak voor het financiële gevaar van links. Mei 2007 is nabij!
(Ewout van den Berg is fiscaal econoom en lid van de CDA -fractie van provinciale staten van Brabant)